Sint Willibrord
Willibrord, de Apostel der Friezen, is van Angelsaksische afkomst. Zijn naam betekent ‘onder de bescherming van de hoogste god’. Hij werd geboren in Northumbrien in Engeland in het jaar 658. Als zevenjarige werd hij door zijn ouders naar het benedictijnenklooster van Ripon gebracht. Daar genoot hij onderwijs van de heilige Wilfried.
Op twintigjarige leeftijd vertrok Willibrord naar Ierland in het klooster van Rathmelsigi. De heiligen Wigbert en Egbert waren er zijn docenten. Na zijn priesterwijding trok Willibrord samen met elf gezellen in 690 de Noordzee over om de Friezen te kerstenen. In de herfst van 690 arriveerden de missionarissen bij Katwijk aan Zee. Van daaruit volgde hij de Rijn naar Wijk bij Duurstede en vond daar Pepijn II, hofmeier van de Frankische koning Clovis II. De christelijke Pepijn had eerder de oorlog gewonnen van de heidense Friezenkoning Radboud. Onder bescherming van Pepijn was Willibrord in staat om het evangelie aan de heidenen te verkondigen. Willibrord wilde echter niet missioneren zonder de volmacht van paus Sergius I. Deze verleende hem zijn zegen en steun. Paus Sergius wijdde hem in 695 te Rome tot aartsbisschop van de Friezen en gaf hem de naam Clemens
Zijn bisschopszetel vestigde Willibrord in Utrecht. Daar bouwde hij een kerk die hij toewijdde aan de H. Verlosser. Willibrord profiteerde bij zijn verkondiging van de steun van de Frankische adel. Van edelvrouwe Irmana van Ohren, de vrouw van paltsgraaf Dagobert II, kreeg Willibrord de Villa Echternach in Luxemburg. Van deze villa maakte Willibrord een abdij. Echternach werd het kloppende hart van de missie onder de Friezen.
Na de dood van de Frankische koning Pepijn II in 714 was het voor Willibrord niet meer mogelijk om in de noordelijke streken zijn verkondiging voort te zetten. Radboud, de heidense Fries, heroverde al plunderend een groot gebied op de Franken. Nadat koning Karel Martel in 715 Radboud verslagen had, vertrok Willibrord samen met de heilige Bonifatius naar het Noorden. Hij zou zelfs in Denemarken geweest zijn. Willibrord stichtte vele kerken, kloosters en vestingen. Hij legde een stevig fundament voor de opbouw van de Kerk in de Lage Landen en Duitsland. Op 7 november 739 stierf Willibrord in de abdij van Echternach. Hier ligt hij ook begraven. Paus Pius XII riep hem in 1939 uit tot patroon van de Nederlandse Kerkprovincie.
Terug naar de vorige pagina